Familiebedrijven en Covid
Datum :
25 februari 2022Familiebedrijven en Covid is een interessant onderwerp om te onderzoeken. Familiebedrijven zijn erg belangrijk voor de gehele economie en voor ons, als MKB-adviseur, zeer interessant. KPMG heeft een onderzoek gedaan naar familiebedrijven in de gehele wereld. Heeft hun kenmerkende veerkracht, wendbaarheid en ondernemingszin hen geholpen een succesvollere weg te vinden door de onvoorspelbaarheid van de wereldwijde crisis? 64% van de Europese familiebedrijven had last van een inkomstendaling tegenover 69% wereldwijd.
Een eerste maatregel was kostenbesparend om de onmiddellijke inkomensdaling en de gevolgen daarvan voor hun cashflow aan te pakken. Er is, zoals verwacht bij familiebedrijven, niet teveel gesaneerd op personeel. Een tweede maatregel was het aanvragen van overheidssteun. In tegenstelling tot andere regio’s buiten Europa is er meer externe financiering aangevraagd. Minder dan 1% heeft zijn bedrijf definitief gesloten.
Samenvatting (vertaald uit het Engels) van het rapport van KPMG:
Hoe Europese familiebedrijven en COVID-19 hebben gereageerd.
COVID-19 heeft een impact gehad op bedrijven van elke grootte, elk type en in elke regio van de wereld.
Familiebedrijven vormen daarop geen uitzondering en wij wilden te weten komen of hun kenmerkende veerkracht, wendbaarheid en ondernemingszin hen hebben geholpen een succesvollere weg te vinden door de onvoorspelbaarheid van de wereldwijde crisis. Het STEP-project Global Consortium, KPMG Private Enterprise en European Family Businesses (EFB) kwamen samen om uit te zoeken hoe familiebedrijven zijn getroffen en reageerden in de Global Family Business Survey: editie COVID-19 en een nauwkeurig onderzoek van Europese familiebedrijven specifiek. Samen hebben wij de initiële impact op familiebedrijven, de maatregelen die zij hebben genomen en hun toekomstverwachtingen op langere termijn onderzocht.
De eerste schok voor familiebedrijven en Covid
Het is geen verrassing dat de eerste commerciële schok van de pandemie wereldwijd werd gevoeld op de inkomsten van bedrijven en familiebedrijven in Europa vormden hierop geen uitzondering. Niet minder dan 64% van de Europese familiebedrijven meldde een daling van hun inkomsten, hoewel ze het beter deden dan het wereldwijde gemiddelde van 69%. 11% van de Europese familiebedrijven zag zijn omzet zelfs stijgen.
De naschok van de familiebedrijven en Covid
Ondernemersfamilies reageerden onmiddellijk op de gevolgen voor hun bedrijf en richtten hun aandacht vervolgens snel op de vooruitzichten op langere termijn en de economische waarde van hun bedrijf. Hun reacties kwamen tot uiting in drie hoofdactiviteiten: stabilisering van hun bedrijf, toegang tot externe steun (met name via overheidsprogramma’s), door een lange termijnvisie te hanteren en eventueel een nieuwe toekomst voor hun bedrijf uit te denken.
De onderneming stabiliseren.
Om hun bedrijf op korte termijn te stabiliseren en op lange termijn op koers te houden, namen veel familiebedrijven kostenbesparende maatregelen om de onmiddellijke inkomensdaling en de gevolgen daarvan voor hun cashflow aan te pakken.
In sommige gevallen omvatten deze maatregelen ook werkgelegenheid gerelateerde veranderingen, zoals het op afstand gaan werken van werknemers, wat erop wijst dat zij in staat waren zich snel aan te passen en digitale oplossingen in te voeren om hun bedrijfsvoering te transformeren. Opvallend was dat Europese familiebedrijven minder vaak de lonen van hun werknemers verlaagden dan bedrijven in andere regio’s van de wereld. De acties die werden ondernomen om de werkgelegenheid zoveel mogelijk in stand te houden, weerspiegelen de kenmerkende inzet en loyaliteit van de bedrijfsfamilies tegenover hun werknemers.
Door de dalende inkomsten moesten veel bedrijven echter ook hun algemene kantooruitgaven verminderen, hun marketing terugschroeven, hun voorraden verkleinen en in sommige gevallen de lancering van nieuwe producten of investeringen in O&O ( Onderzoek en Ontwikkeling) uitstellen.
In tegenstelling tot familiebedrijven in andere macroregio’s in de wereld waren de Europese ondernemers eerder geneigd extra kapitaal aan te trekken en meer schulden aan te gaan om hun onafhankelijkheid en controle te behouden.
Vergeleken met andere in de wereld meldden Europese familiebedrijven minder bedrijfssluitingen: 15% sloot tijdelijk zijn bedrijf (tegenover 16% wereldwijd) en minder dan
1% sloot definitief zijn bedrijf. Familiebedrijven in Europa waren ook minder geneigd om de beloning van directieleden aan te passen, zoals het verlagen van het salarisniveau, het uitstellen van betalingen of het overwegen van alternatieve beloningsregelingen.
Bron: Vertaling van het European Family businessreport: COVID 19 van KPMG
Gerelateerde artikelen
De MKB-herfinancieringsmarkt is een dynamisch gebied waarin bedrijven op zoek…
“Coronaschulden”, een goed artikel van mijn collega RV’er Pieter Christiaan…